En eindelijk is het dan zo ver… De via dolorosa leidt Jezus naar Golgotha. Het was een lange aanloop, en de kruisiging zelf wordt ‘sec’ verteld (Evangelie-reciet, nr. 58). Dan wordt de handeling stilgezet. Het wordt tijd om na te denken over wat er eigenlijk aan het gebeuren is. In een expressief recitatief spreekt de zanger z’n afschuw uit over de gruwel die er geschiedt: een vervloekte berg is het (Ach Golgatha, unseliges Golgatha, nr 59), ‘Al wat aan het hout hangt, is vervloekt’, zegt het boek van de Wet. “Der Segen und das Heil der Welt wird als ein Fluch ans Kreuz gestellt. Ja, hier wordt de onschuld vermoord. Maar tegelijk is dit ook een ‘zalige berg‘, zo houdt de prediker ons voor. Immers voor wie het gebeuren met geloofsogen beschouwt, sterft de onschuldige hier aan/voor de schuld van de wereld. ‘De straf die ons de vrede aanbrengt, was op Hem…’ (Jesaja 53). Toch snijdt het de zanger door het hart. Das gehet meiner Seele nah; Ach Golgatha, unseliges Golgatha….
En dan volgt een van de korste aria’s uit de Mattheüspassie (nr 60: Sehet, Jesus hat die Hand…). De beschouwer wordt opgeroepen om te verwijlen bij het moment dat de handen van Christus worden uitgespreid om aan de dwarsbalk van het kruis te worden genageld… En zelfs in dit moment van pijn en passiviteit vindt de beschouwer betekenis en zelfs troost. Dit is het resultaat van vele eeuwen meditatie over ‘de lijdende Christus’, waarbij gepoogd werd om aan elk détail een diepe en heilzame betekenis te geven.((Denk aan de meditatie over de ‘arma Christi’, de ‘wapens van Christus’ waarmee hij het kwaad verslaat, t.t.z. de ‘arma passionis’: de gesels, de doornenkroon, de nagels ec..; Denk eveneens aan de mediatie over alle leden van het lichaam van de lijdende Christus – Salve mundi salutare, een gedicht van Arnulf van Leuven, lang toegeschreven aan Bernardus van Clairvaux, door Buxtehude getoonzet (membra Jesu nostri) en bron van het bekende lied van Paul Gerhardt: O hoofd vol bloed en wonden. En denk aan de ‘kruisweg’ op Goede Vrijdag)) De beschouwer ziet er een gebaar in: Christus spreidt zijn armen uit om ons te ‘zegenen’; Ja, hij strekt zijn handen uit om ons vast te pakken, om ons te omarmen. Voor ons – wederom – een ‘vreemde associatie’, om niet te zeggen: een misplaatste, perverse… , maar voor Bach en de kerkgangers in Leipzig een heel gewone associatie, bekend uit menige preek, vroom gedicht of meditatieve tekst.((Sterker nog: deze duiding gaat al terug tot de derde eeuw, waar in een eucharistisch dankgebed gezegd wordt: “Ut compleret tuam voluntatem et populum tibi faceret, extendit manus suas cum pateretur, ut patientes liberaret qui in to speraverunt. En volgens de legende heeft Bernardus van Clairvaux tijdens een meditatie hierover zelfs meegemaakt (in een visioen) dat Christus van het kruis kwam en hem omarmde”))
Ja, het lijkt deze keer wel alsof Picander – toen hij de tekst van deze aria schreef – een meditatieboek op z’n desktop had liggen: De achtste lijdenspreek van Heinrich Müller uit diens boek met de titel ‘Evangelischer Hertzens-Spiegel’.((Heinrich Müller, Evangelischer Hertzens-Spiegel. In offentlicher Kirchen-Versammlung bey Erklärung der Sonntäglichen und Fest-Evangelien, nebst beygefügten Passion-Predigten (Frankfurt am Main, 1679), talloze malen herdrukt. De Passiepreken zijn sinds 1688 toegevoegd)). Zijn gedachtengang weerspiegelt namelijk heel precies een passage uit die preek (zie onder voor de teksten). Müllers meditatieve passiepreken waren zeer populair vanaf hun eerste publicatie in de 17de eeuw, tot in het begin van de 19de eeuw. Dat zegt wel iets over de communicatieve kwaliteit ervan. De passiepreken (negen stuks) stonden als toegift in de gebundelde overdenkingen bij de de evangelie-epistellezingen-lezingen van het kerkelijk jaar. Innige teksten zijn het, beschrijvend en beschouwend tegelijk, stilstaand bij elk détail, op zoek naar betekenis. Stichtelijke lectuur dus, bestemd voor gelovigen die iets meer willen dan enkel naar de mis gaan. Ook uitdrukkelijk bedoeld om het ‘beeld van Christus in hun hart te schrijven’. Vandaar de titel. En mocht Picander niet zelf een exemplaar in zijn bezit hebben gehad, dan had hij het van Bach kunnen lenen. Die bezat de volledige serie (5 banden) van Müllers preken. Misschien heeft hij zelfs wel aan Picander gesuggereerd om die passionspredigten te gebruiken voor de tekst van de Mattheüspassie. Opvallend vaak kun je namelijk passages uit een van die preken naast de vrije (madrigalistische) teksten van de de aria’s, dialogen uit het script van de Mattheuspassie leggen. Hieronder doet ik dat. Eerst de aria, en dan een fragment uit de genoemde preek. Wilt u ‘m helemaal lezen: onderaan de pagina is hij in extenso opgenomen. Lees en vergelijk. Ik denk dat u ook de gelijkluidendheid opvalt.
60. Aria Alt e Coro | Oboe I/II, Oboe da caccia I/II, Violino I/II, Viola, Organo, Continuo |
Sehet, Jesus hat die Hand, Uns zu fassen, ausgespannt, Kommt, – wohin? – in Jesus Armen. Sucht Erlösung, nehmt Erbarmen, Suchet, – wo? – in Jesus Armen. Lebet, sterbet, ruhet hier, Ihr verlaßnen Küchlein ihr. Bleibet, – wo? – in Jesus Armen. | Kijk, Jezus strekt z’n hand uit om ons vast te pakken, Kom ! – Waarheen? – in Jezus armen zoek verlossing, aanvaard erbarmen, zoek ! – Waar ? – in Jezus armen. Leef, sterf, rust hier arme verlaten kuikentjes, gij, Blijf ! – Waar ? – jn Jezus armen. |
Tritt hinzu, mein Hertz, und schaue deinen Jesum an, wie er am Creutz hanget. Seine Hände hat er ausgespannet, als der rechte Hoheprieste, dich mit beyden Händen zu segnen. Er hat sie ausgespannet, dich damit zu umpfahen … Liebstes Hertz, gib du dich hinein in die ausgespannete Arme deines Jesu, und sage mit Augustino: Inter brachia Salvatoris mei & vivere & mori cupio. Aus Jesu Händen soll und kan mich niemand reissen | Kom dichterbij, mijn hart, en kijk naar uw Jezus, hoe Hij aan het kruis hangt. Zijn handen heeft hij uitgestrekt, als de ware Hogepriester, om u met beide handen te zegenen. Hij heeft ze uitgestrekt om u te omarmen… O hart, dat zo bemind wordt, geef u over en verzink in de uitgespreide armen van uw Jezus, en zeg met Augustinus: ‘In de armen van mijn Verlosser, begeer ik zowel te leven als te sterven’ Uit Jezus’handen kan mij niemand losrukken. |
De contemplatie van Jezus die met uitgestrekte armen aan het kruis hangt, ontbreekt zelden in de passiepreken van Bachs tijd. Met name de associatie met het priesterlijke zegen-gebaar is hier belangrijk. Bij Müller is dat het eerste dat hij noemt.((Het beeld van de Christus als Hogepriester wordt ontwikkeld in de brief aan de Hebreeën.)) Opvallend is wel dat dit element (verzoening door voldoening) bij Picander eigenlijk ontbreekt. Picander focust op de emotionele, directe – als ware het een privé-band – tussen de gelovige en Jezus. In zijn armen – zo is de boodschap – vindt de mens bescherming, veiligheid, geborgenheid. Beide in leven en dood. Dit alles is bij Müller samengevat in een eveneens zeer geliefd citaat van Augustinus, dat bij Picander ook sterk doorklinkt: ‘Inter brachia Salvatoris mei & vivere & mori cupio. (‘In de armen van mijn Verlosser, begeer ik zowel te leven als te sterven’): “Leef, sterf, rust hier…” , schijft Picander trefzeker.(( Nog enkele voorbeelden uit de stichtelijke literatuur. Johann Gerhard (1611): “Daß Christus seine Hände außrecket/ hat er gethan/ uns aus Liebe zu umbfahen/ und daß er beydes Jüden und Heyden unter sein Creutz möchte zu sich bringen/ daß sie durch sein heylwertiges Blut besprenget und von Sünden gewaschen würden/ hat uns auch hiemit erworben daß Gott den gantzen Tag über seine Hände zu uns außbreitet Esaiae am 65. und unserer Bekehrung mit großer Gedult erwartet/ darumb sollen wir ihm ja nicht den Rücken kehren/ sondern unter seine Flügel uns samlen” (Gerhard, Erklärung der Historien des Leidnes und Sterbens unsers Herrn Christi Jesu, S. 233). Johann Heermann (1618): “Seine Armen spannet er aus am Creutze/ Warumb? Extentus in cruce universum Orbem complexurus, brachia pietatis expandit, sagt Augustinus: Er wil mit seinen Liebes Armen die gantze Welt vmbfangen/ vnd zu sich ziehen. Lactantius spricht: Extendit in passione manus suas, orbemq; dimensus est, ut jam tum ostenderet, ab ortu Solis usq; ad occasum magnum populum ex omnibus linguis & tribubus congregatum, sub alas suas esse venturum: Christus misset mit seinen außgestreckten Armen den Erdkreiß/ damit er beweise/daß ein grosses Volck von der Sonnen auffgang biß zu derselben niedergang aus allen Sprachen und Geschlechten vnter seine Flügel solle versamlet werden. Hier sihestu/ daß er seine Hände außstrecket den gantzen Tag/ zu einem bösen vnd vngehorsamen Volck/ dasselbe mit seinen Gnaden Armen zu vmbfahen/ wie eine Mutter jhr Kind. Ja wie eine Henne jhre Keuchlein vnter jhre Flügel versamlet : Also haben auch wir Heyl vnter diesen außgebreiteten Flügeln. Hier sihestu klar/ daß er dich in seine Hände gezeichnet habe. Ey so sprich frölich vnd getrost: Intra brachia Salvatoris mei & vivere & mori desidero: In den Armen meines Heylandes begehre ich zu leben vnd zu sterben” (Johann Heermann, Crux Christi, S. 390).)) De onverwachte introductie van het beeld van de ‘verlaten kuikentjes‘ vindt haar logica in twee zaken: 1. Dit beeld is al opgeroepen in het verhaal van Mattheüs zelf, t.t.z. in de woorden van Jezus tot de wenende ‘dochters van Jeruzalem’, zegt Hij dat hij niets liever zou doen dan hen onder z’n vleugels bergen, zoals een moederkloek doet met haar angstige kuikentjes (Mattheus 23,37)en 2. Müller verwijst iets verderop in zijn meditatie over de erbarmende omarming naar het beeld van God als moeder, die zich ontfermt over haar kinderen (verwijzend naar de profetie uit Jesaja 49, 14-16) en die ze nooit in de steek zal laten. Verder is deze verwijzing gemeengoed, ‘een topos’ in de lijdensmeditatie. ((Ze staat ook in het in de vorige voetnoot gegeven citaat uit Crux Christi van Johann Heermann)).
Muziek, maestro!
Genoeg gepraat, tijd om naar de aria (arioso, dialoog) te luisteren: Hobo’s natuurlijk (‘da caccia’ – o.a. Marcel Ponseele) met een onderliggende strijkersklank: Recht naar het hart.
Voor de liefhebber de hele achtste lijdenspreek van Heinrich Müller. 20 pagina’s (waarvan de eerste vier de EVANGELIETEKST bevatten. Die kunt u overslaan. De meditatie begint op pagina 187).
21 maart 2021, Dick Wursten
Bronnen:
- Heinrich Müller, Evangelischer Hertzens-Spiegel. In offentlicher Kirchen-Versammlung bey Erklärung der Sonntäglichen und Fest-Evangelien, nebst beygefügten Passion-Predigten (Frankfurt am Main, 1679) – Geraadpleegde editie: 1732.
- Elke Axmacher, “Aus Liebe will mein Heyland sterben”. Untersuchungen zum Wandel des Passionsverständnis im frühen 18. Jahrhundert (Neuhausen-Stuttgart, 1984).
- Renate Steiger, Gnadengegenwart. Johann Sebastian Bach im Kontext lutherischer Orthodoxie und Frömmigkeit (Stuttgart – Bad Canstatt, 2002).